INHOUDSOPGAVE
3.1 Inleiding
over inteelt, lijnteelt en een outcross
3.2.1
De noodzaak fouten te bestrijden
3.2.2
Inteelt onder selectieve controle
3.3 Overgenomen
uit “De Duitse Herdershond (VDH)”, juni 1991
3.3.3
Genetische samenstelling
3.3.4
Consequenties van inteelt
3.3.5
Consequenties van outcross
3.3.6
De situatie in Nederland
3.3.7
Model psychische eigenschappen
3.4 Heterosis,
het hybride-effect
4.1 Gedragstesten
voor puppy en volwassen hond
4.2 Over het nut
van gedragstesten, door Prof. Dr. F. Seiferle
4.2.2
Over het doel van onze gedragstesten
4.2.3
Over onze gedragsbeoordelaar
4.2.4
Over de gedragsstandaard
4.2.6
Over de anatomische basis van angst of sluwheid
4.2.7
Over de vlucht- en zelfverdedigingsdrift
4.2.8
Over de strijd- en verdedigingsdrift
4.3 DDR
Wesenwertmessziffernsystem
4.4 De eerste
minuten van het leven van een pup
4.9 Goede
verdedigings- of politiehond
4.12 Hond en zijn
nieuwe eigenaar
5.2 Overzicht van de ontwikkelingsfasen
5.3 Grafiek oer het toenaderings- en vermijdgedrag
(uit het werk van Scott enFuller)
5.4.1
Verlies van socialisatie
5.4.2
Wat iedere hondenbezitter moet weten
5.5 De
aandachtspunten samengevat
5.6 Indeling van
de verschillende levensfasen volgens Drs. Jan de Wit
5.7 Grafische
voorstelling opvolgende gedragsfasen aldus Jan de Wit
6.4
Lichaamsuitdrukkingen van de hond
6.5 Het
onderscheidende vermogen van de hond voor verschillende
klank en
6.6.1
Klassieke conditionering
6.7 Het
combineren van operante en klassieke conditionering
6.9 Moment van het gaan toepassen van bestraffingtrainingen
6.11 Samenvatting basis leerwetten
6.12 Opbouw van de pup met gebruikmaking
van zijn
natuurlijke
6.13.2 Het combineren van
handtouch en handtarget training richting de
gewenste positietarget
6.15
Urs Ochsenbein en zijn uiteenzetting over het verwerven van
leiderschap
6.15.1 een korte
verklaring van de begrippen straf, “foutieve
uitvoering herstellen” en
beloning
6.15.4
“foutieve uitvoering herstellen”
6.16 De geestelijke belastbaarheid van de geleider
6.17 Stress (=spanning) bij het aanleren/uitvoeren van oefeningen – de hond onder grote druk zetten
6.18 Het gebruik van elektronische hulpmiddelen
6.18.1 Het gebruik van elektronische hulpmiddelen en de weerstand hiertegen
6.18.2
Type elektronische hulpmiddelen en
trainingsvoorwaarde
6.18.3
Type elektronische dressuurbanden
6.18.4
aandachtpunten bij het omdoen van de elektronische
dressuurband
6.18.5
Moment van de introductie van de elektronische
dressuurband
6.18.8 Elektronische stimulans en contact
6.18.9 Slotwoord voor wat betreft het gebruik van elektronischedressuurbanden en dit werkstuk
6.20 Het
controleren van onze attributen voordat we van start gaan
6.21 De
leervaardigheid van een hond/gedragsevenwicht
6.22 Het belang
van foutloos leren versus wedstrijdslim worden van de
hond
6.23 Moderne
communicatie tussen instructeur, pakwerker en
geleider
7.3 De
verschillende typen Duitse Herdershonden
7.4
Moed,
zelfvertrouwen, scherpte, temperament, hardheid, zachtheid, verzet
en lijdzaamheid
8.3 Een les die
getrokken kan worden uit deze theorie met betrekking
tot voedsel op het spoor
8.6 Wanneer
beginnen we met speuren?
8.7 de keuze van
opnemen of verwijzen
8.8 De aanvang
van de opbouw van de pup met toepassing van
“onbevangen corrigeren”
8.10 De eerste hoek in het spoor
8.11 De start van de afbouw van het gebruik van voer en meer variatie in hetspoor
8.12 De richtlijn in de habitat van de
hond en andere zaken waar we rekening mee moeten houden
8.15 Hard
trekkende honden – de “speurtuig/halsketting” methode
8.16 Honden met
weinig speurdrift/problemen hebben met liggend
verwijzen
8.17 De invloed
van de wind bij het speuren, overgenomen uit
Bechtold
8.18
Waarneembaarheid van het geurspoor door de hond,
overgenomen uit Toman
9
Appèl
9.1
Uitgangsprincipe van de opbouw
9.2 De basis, de hond conditioneren op de geleider en activiteit creëren bij de hond
9.3 Reactiviteit bij het appèl bewerkstelligen bij het aanleren van de basisoefeningen
9.4 De kunst om de hond bij het appèl zo
lang mogelijk in drift te houden
9.5 Werken naar
de ultieme aandacht van de hond = OOGCONTACT
9.6 Positie training technieken en het leren van de ZIT, AF en STA
(Inclusief het werken met de "positie
box/kist/placeboard")
9.7 Oefening ZIT met een actieve hond op het trainingsveld
9.8 Oefening AF met een actieve hond op
het trainingsveld
9.9 Drift, dwang,
drift, dwang, driftbevrediging
9.10 VOLGEN en het leren van oogcontact
(Inclusief het werken met een
"pot")
9.12 HIER roepen
en het VOORZITTEN
9.14.2
Opbouw door middel van de methode van motivatie
verankering
9.14.3 Opbouw van het apporteren met gebruikmaking van dwangapport
9.14.4 Alternatieve opbouw door middel van de methode van
motivatie verankering
9.15 Apporteren
over de haag en schutting
9.16 Drift,
dwang, drift, dwang, driftbevrediging oefeningen verder
uitbouwen
9.20 Oefeningen
gaan uitvoeren volgens het programma- reactieve
fasetijd
9.21 Appèl en de
elektronische dressuurband
10.1 De gekozen
opzet van dit hoofdstuk
10.2 Manwerk,
theorie en de praktijk
10.3 De theorie
achter het manwerk
10.3.1
Kynethologische uiteenzetting
10.3.1.2
Actieve gebied van de agressiedrift
10.3.1.3
Reactieve gebied van de agressiedrift
10.3.1.4
(Actief) Vermijdgedrag
10.3.1.5
Passief vermijdgedrag
10.3.2
De kanalisering van het verdedigingsgedrag in buitdrift
10.4 Sociale
agressie is het meest wezenlijke!
10.5 Specifiek
voor de pakwerker noodzakelijke theoretische kennis
10.5.1
Buitdrift stimulatie en de hond leren het initiatief te
gaan nemen
10.5.2 Het oproepen en versterken van de verdedigingsdrift door middelvan contrareacties
10.5.3 De eindfase van de
kanalisering van het
verdedigingsgedrag in
10.6 De
rol van de instructeur – de opbouw van de geleider in
het harm
10.6.1
Harmoniering – drift, technische passieve dwang,
activeringsdwang
10.6.2
Stellen en aanblaffen (de bewaking)
10.7 Opbouw van
het manwerk in de praktijk
10.7.3
Het aanleren van een goede beet/het leren lopen met de
buit
10.7.5 Een mogelijke bruikbare methode om de hond te leren vechten op de pakwerker
10.7.7 Hond revieren naar het verstek
10.7.8
Het revieren van twee verstekken
10.7.10
Het uitroepen uit het verstek
10.7.11
revieren van vier en zes verstekken
10.7.12
Rugtransport en de overval
10.7.14
Het betere alternatief voor de stille bewaking
10.7.16
Zijtransport en het afmelden/pakwerker van veld
sturen
10.7.17
Verankering in buitdrift voorkomen
10.7.18
Bewaking te sterk in buitdrift
10.7.20
Enkele slotopmerkingen
10.8 Het gebruik
gaan maken van een elektronische dressuurband
10.8.1
Wat is eigenlijk het probleem dat we hebben?
10.8.2
Hoe is dit probleem ontstaan
10.8.3
Wat brengt deze wetenschap met zich mee
10.8.4
Correcte introductie van de elektronische dressuurband
10.8.5
Wat we in de praktijk zeker niet moeten doen
10.8.6
De correctie wordt anders toegepast, trainingstechnisch
hoeft erniets te veranderen